Feline astma
Een “aanval” van astma kan uitgelokt worden door inhalatie van een allergeen. Dit kan ingeademd worden onder vorm van poeder, (kattenbak)stof, of aerosol zoals luchtverfrisser of sigarettenrook.
Klinisch uit een astma-aanval zich in een plotse benauwdheid met een droge, aanhoudende hoest, en een moeizame, snelle, of/en zacht-piepende ademhaling. De kat houdt tijdens zo’n aanval in het algemeen haar hoofd uitgestrekt naar de grond en haar mond open.
A) De sleutelrol van de eigenaar :
Een astma-aanval is een spoedeisend geval waarbij volgend stappenplan kan aangewend worden :
- Contacteer een spoeddierenarts.
- Blijf rustig. Paniek heeft immers een negatieve invloed op een dier in ademnood.
- Voorzie een rustige plek voor uw dier. Aanrakingen of geluiden hebben immers een stressverhogend effect en zullen op die manier de ademhaling nog bemoeilijken.
B) De onmisbare rol van de spoeddierenarts :
- Zuurstof aanbrengen via het draagbare zuurstofapparaat.
- Injectie van een corticoïde ontstekingsremmer.
- Injectie van een bronchodilatator.
- Inhalatie van een bronchodilatator.
-
In de meeste gevallen is er binnen 30 minuten na de behandeling een betere ademhaling merkbaar. Indien de behandeling onvoldoende blijkt, zal een onmiddellijke hospitalisatie nodig zijn.
Anorexie bij het konijn en de cavia
Fysiologie :
Konijnen en cavia’s, en in het algemeen lagomorfen en knaagdieren, zijn kleine zoogdieren die een groot deel van hun tijd besteden aan eten en het produceren van uitwerpselen. Voor deze dieren is hooi het belangrijkste bestanddeel van een gebalanceerd rantsoen (minstens 80%). Hooi speelt namelijk een onmisbare rol in de fysiologische processen van tandslijtage en het onderhoud van de darmflora.
Pathofysiologie :
Bij deze diersoorten leidt anorexie (=niet willen eten) onvermijdelijk tot ileus (of vertraagde tot stilstaande transit) ; ileus veroorzaakt op zijn beurt anorexie. Zo komen de dieren snel in een vicieuze cyclus terecht waarbij ze stoppen met drinken en snel uitdrogen. Verder kan ook de lever aangetast worden en zal de bacteriële darmflora verstoord worden met vaak levensbedreigende gevolgen.
Hierdoor moet elk geval van anorexie gedurende 24u gezien worden als een levensbedreigend spoedgeval waarvoor een snelle interventie van een dierenarts vereist is !!!
Anorexie bij konijnen en cavia’s is meestal een van de eerste symptomen van een onderliggende ziekte. Het is de moeilijke taak van de dierenarts om op zoek te gaan naar de onderliggende oorzaak.
Pathologieën :
Toch lijken er twee zeer frequent voorkomende pathologieën bij deze dieren aan de basis te liggen van de meeste gevallen van anorexie.
1 – Tandproblemen :
Onder tandproblemen vallen onder andere een slechte positie van de tanden ten gevolge van een onvoldoende slijtage, wat aanleiding geeft tot het ontstaan van wondjes in de mondholte. Dit is vaak het gevolg van een rantsoen, arm aan vezels (slijtage van de tanden gebeurt namelijk door de ronddraaiende bewegingen bij het kauwen van die vezels, vergelijkbaar met een graanmolen.) De tanden van een konijn blijven namelijk heel hun leven doorgroeien. Andere oorzaken van dergelijke malocclusie zijn anorexie, trauma of een genetische oorzaak (zoals malocclusie van de snijtanden bij dwergrassen).
Terwijl een malocclusie ter hoogte van snijtanden gemakkelijk vastgesteld en behandeld kan worden, blijft een malocclusie ter hoogte van maaltanden vaak ongediagnosticeerd zolang het dier eet.
Zodoende kunnen er tandpunten gevormd worden die wonden veroorzaken in de mondholte. De pijn die hierbij ontstaat, leidt ertoe dat het dier stopt met eten en overvloedig speeksel gaat produceren.
Bij ernstige gevallen zien we dat de maaltanden door de oogkas gaan priemen en zo purulente conjunctivitis of abcessen veroorzaken.
Bij cavia’s kunnen extreme gevallen van uitstekende tandpunten aanleiding geven tot het ontstaan van een “tandbrug”, waarbij de maaltanden van de overstaande zijden van de mondholte met mekaar in verbinding komen te staan over de tong heen.
Rol van de eigenaar :
- Drie maal per dag dwangvoederen tot het dier weer uit zichzelf eet.
- Vers ananassap of hooithee toedienen ter rehydratatie.
- Erop toezien dat het dier keutels blijft produceren.
HET VOEDINGSPATROON IN EVENWICHT BRENGEN !! Met hooi
Opgelet : er komen vaak recidieven voor.
2 – Maag-/darmobstructie :
Obstructies ter hoogte van het spijsverteringsstelsel komen vooral voor gedurende de rui, en eerder ter hoogte van de maag dan ter hoogte van de darmen. Aan de basis van dergelijke occlusies liggen zogenaamde « trichobezoaren » of haarballen.
Zodra er zich een obstructie voordoet, stoppen onze kleine zoogdieren onmiddellijk met eten en drinken. Hun keutels worden droger, kleiner, verminderen in aantal en er kan zelfs een complete stop van de productie van keutels optreden. Een grondige buikpalpatie kan een obstruerende massa aan het licht brengen en aan de hand van zijn lokalisatie (vooraan, middenin of achteraan), kan een maag- of darmobstructie worden vastgesteld.
Rol van de eigenaar :
- Vers ananassap of hooithee toedienen ter rehydratatie.
- Erop toezien dat het dier opnieuw gaat eten.
- Erop toezien dat het dier keutels blijft produceren.
- Indien er geen beterschap is na 12u, de dierenarts met spoed contacteren
Voornaamste oorzaken van ileus (naast haarballen) :
- een onevenwichtig voedingspatroon (tekort aan vezels -> verminderde darmtransit)
- te weinig beweging (beweging stimuleert de transit)
- anorexie door stress of pijn.